700 jaar Enschede, en dat vieren we!
Dit jaar vieren we de 700ste verjaardag van Enschede. Op 15 december 2025 bestaat Enschede 700 jaar en ook dat gaan we vieren bij het FlexVisie Open Schutterstoernooi. Om deze mijlpaal te vieren verhogen we ons prijzengeld éénmalig naar €700 euro! Daarnaast herdenken we 80 jaar vrijheid en 25 jaar vuurwerkramp. In de afgelopen 700 jaar is er dus veel gebeurd. Van oorlogen tot een verwoestende stadsbrand en de bloeiende textielindustrie. Meer weten? Lees verder over de geschiedenis van Enschede hieronder.

De oudste vermelding van Enschede dateert uit de 10e eeuw, rond het jaar 1000, onder de naam: Anescede. De naam betekent waarschijnlijk: “bij de grens van het water of afscheiding bij het water”. Het was oorspronkelijk een kleine nederzetting, gelegen aan de rand van het huidige Twente. De stad ontstond rondom een havezate (een versterkt huis) en een marktplein. In 1325 kreeg Enschede stadsrechten. De bisschop van Utrecht, Jan van Diest, verleende Enschede deze rechten. Daarmee werd Enschede een officiële stad, al bleef het eeuwenlang klein en vooral agrarisch van karakter.
In de 19e eeuw kwam hier verandering in. In de koude wintermaanden, als het land stil lag, zaten de boerengezinnen binnenshuis te spinnen en te weven. Ze werkten aan houten weefgetouwen, maakten hun eigen garens van wol en verkochten deze op de markt in de stad. Deze huisnijverheid was het zaadje waaruit later iets veel groters zou groeien. De groei begon toen enkele ondernemende families hun blik verruimden. Namen als Van Heek, Blijdenstein en Menko begonnen de mogelijkheden te zien van machines, stoomkracht en massaproductie. Ze reisden naar Engeland en Duitsland om te zien hoe de industriële revolutie hun verder kon brengen. Ze besloten, wat ze gezien hebben, mee terug te nemen naar Enschede.
Tegen het midden van de 19e eeuw verschenen de eerste rokende schoorstenen in het mooie Twentse landschap. Fabrieken verrezen, waar tientallen en later honderden mensen werkten. Mannen, vrouwen en zelfs kinderen. De lucht vulde zich met het ritmisch gebrom van spinmachines. En Enschede begon te veranderen van een boerendorp in een industriestad. Enschede lag gunstig. Er was genoeg water om het textiel te wassen en te verven, de grond was goed, arbeiders in overvloed en via de nieuwe spoorlijn naar Duitsland konden grondstoffen en producten makkelijk vervoerd worden. Katoen uit Nederlands-Indië kwam binnen via Rotterdam en vond zijn weg naar de fabrieken in Twente.


De stad groeide snel. Arbeiderswijken verrezen rondom de fabrieken, scholen en kerken werden gesticht, vaak gefinancierd door de fabrikanten zelf. Vooral de familie Van Heek werd machtig — zij bouwden niet alleen fabrieken, maar ook villa’s, musea en complete buurten. Zo ook het G.J. van Heekpark, geschonken in 1917 door de familie van Heek, heeft 3 doelen: als park om aan de ingezetenen van Enschede en Lonneker een geschikte gelegenheid tot uitspanning en wandeling te verschaffen, als sportterrein met het doel om gelegenheid voor verschillende soorten van sport en lichaamsoefening te verschaffen en als speeltuin voor kinderen.
In 1918 vestigde sportclub Enschede zich in het Van Heekpark. In de jaren in het Van Heekpark beleefde de voetbalclub haar beste jaren, met als kers op de taart een landskampioenschap in 1926. Sportclub haalt grootheden naar Enschede, spelers als Abe Lenstra en Helmut Rahn. Helaas lukt het de Enschedeërs niet nog een kampioenschap te halen en fuseert het met de Enschedese Boys in 1965 tot het welbekende FC Twente. We vieren dit jaar ook hun 60ste jubileum.



Naast voetbal wordt er ook gekorfbald in het park, EKC Nääs, opgericht in 1923, speelt hier sinds jaar en dag haar wedstrijden. Niet ver hiervandaan, op het veld van een andere grote textielfabrikant startte Rigtersbleek haar korfbalgeschiedenis. Na jaren van concurrentie slaan de twee verenigingen in 2022 de handen ineen en gaan zij samen verder als NRC’22, spelend in het Van Heekpark. De kantine waar NRC’22 nu gebruik van maakt, is altijd de tribune geweest van Sportclub Enschede.
En toen, 13 mei 2000. Een gigantische explosie en meters grote vuurbal brengen een schaduw over Enschede. Een vuurwerkopslag, midden in een woonwijk, explodeert. 23 mensen vonden die dag de dood. Meer dan 950 mensen raakten gewond. Een complete wijk — Roombeek — werd weggevaagd. In totaal werden meer dan 200 woningen volledig verwoest en honderden zwaar beschadigd. Wat ooit een levendige buurt was, lag nu in puin en stilte. Dit jaar staan we wederom stil bij de vuurwerkramp, een ramp die 25 jaar geleden een ontzettend litteken in Enschede zette.

